De mosterd voor het woordspelletje ligt bij de RIFFLE SHUFFLE waarbij twee stapeltjes kaarten in elkaar geritst worden. De shuffle lijkt zeer grondig en chaotisch - voor twee stapeltjes van 26 kaarten zijn er maar liefst 500 biljoen manieren waarop de kaarten vervlochten kunnen zitten?! EN TOCH... Tussen die 500 biljoen variaties is er NIET ÉÉN WAARBIJ DE VOLGORDE VAN DE LETTERS BINNEN DE TWEE STAPELTJES DOOR HET SCHUDDEN VERANDERT. Vergelijk het met ritsende auto's in het verkeer. Ongeacht hoe hoffelijk of chaotisch het ritsen verloopt, de volgorde zoals die was binnen elke rij auto’s verandert niet na het ritsen.

Passen we dit toe op twee stapeltjes letterkaarten: M I S T en N I E R. Als we die op tafel spreiden en helemaal vrij kunnen mengen dan zijn er meer dan 40,000 manieren om de letters te ordenen! Gebruiken we echter een riffle shuffle met aan de ene kant de letters M I S T en aan de andere kant N I E R dan gaat het aantal mogelijke rijtjes van 40,000 naar... 70! En een ervan is... M I N I S T E R... Wie de slaap niet kan vatten, kan het op de 🖐️ 🖐️ 🖐️ natellen: er zijn 70 manieren om de vier vingers van beide handen in mekaar te passen.

Wiskundig gezien, vormen de letters, de kaarten, auto's, de vingers... een DEELRIJ d.i. een reeks elementen die uit een grotere reeks wordt gehaald, waarbij de volgorde van de oorspronkelijke reeks behouden blijft, maar de elementen niet per se naast elkaar hoeven te staan. Bijvoorbeeld, uit het woord MAANLICHT halen we MAAN en LICHT maar ook MAAL, NICHT, MAN, MAL, AAI, AAL, AAN, ACH, ACHT, MA, MAAT, MACHT, MAL, MAN, MAT... Wij zullen ze DEELWOORDEN noemen. Dat hoeven overigens niet altijd bestaande woorden te zijn. Hieronder staan alle mogelijkheden.